maandag, augustus 29, 2005

Balthazaar Bosduif vertelt (1)


Op het topje van een berg, in de baai van Kerkira ligt een oud fort. 'Byzantijns, Venetiaans en dan Engels' stond er in de infoboekje, 'met een wijd en wondermooi zicht op de hoofdstad.' 'Klinkt wel mooi,' dacht ons gezinnetje. Dus gingen we er heen.

Die dag was het bewolkt en drukkend heet. Het zweet parelde van onze blote ruggen terwijl we een kinderwagen naar boven sleepten. Trapje voor trapje, trapje voor trapje, trapje voor trapje, helemaal naar boven.

Het uitzicht was mooi en de overblijfsels waren er nog steeds. Iedereen was gelukkig en misschien ook een tikkeltje bang. Het was best wel hoog en af en toe spekglad. Verdomd ijverige Byzantijnen.

Tijdens onze schuifeltocht naar beneden, viel mijn oog op een nogal doornig en dichtgetimmerd gebouw. 'Hé, een 'abandoned place'-je' dacht ik en rende er heen. Voorzichtig liet ik me tussen de doornstruiken zakken. Ik landde en schaafde meteen mijn knieën. Wat een prachtig begin. Die 'ondeugende durfval' grijns verscheen weer op mijn gezicht, net zoals vroeger toen ik op het dak van onze glijbaan klom.

Ik hees me door een raam waar de planken voor de helft van waren weggebroken. 'Ellen, Nee!' bulderde Papa van bovenaf. 'Ik ben zo weer terug!' schreeuwde ik en liep de eerste kamer uit. Daar bleef mijn adem even in mijn keel steken. Ik stond in een gang en voor mij was een compleet vergane reclame op de muur geschilderd. Een of andere Griekse kok die een soldaat een pizza voorschotelde. De verf schilferde door het vocht, maar de tekening was er nog steeds.

Drie aarzelende stappen verder en ik stond in de hoofdgang. Griekse leuze's op de ronde bogen: 'Edelheid en durf overwinnen elk kwaad' en nog wat woorden van die trant. In de verte stond een stoel, zomaar in het midden van de lege gang. Alsof er meteen een of andere stoffige soldaat uit een kamertje zou stappen en zich daar lui zou zetten om de wacht te houden. Ik moest ervan rillen.

'Vooruit!' spoorde ik mezelf aan, ondanks mijn bibberende benen en het zweet op mijn voorhoofd en ging verder. Aan de gang grensden kamers, volgestort met rommel. Een oude hoorn van een telefoon lag losgeknipt op een antieke schouw. Een bureautje op zijn zij, in het gezelschap van een gekantelde schrijfmachiene. Een verzameling stenen stond netjes uitgestald in een hoekje. Ik nam foto's met trillende handen.

'Ellen! Komen! NU!' Die stem verdroeg geen tegenspraak. Ik keek nog even om, naar dat stoffige paradijs vol kapotte herinneringen en nam dan de benen. 'Ik kom nog terug, ik kom terug, ik kom zeker terug, wacht maar, wacht maar ... ' stuiterde het door mijn extatische hoofd.

(vervolg komt morgen)

zaterdag, augustus 27, 2005

Balthazaar Bosduif is weer terug

- Laten we er een spelletje van maken of eerder een 'foto-verkiezing': achter elke foto zit een stukje en jullie mogen kiezen welke van de 5 ik (eerst?) ga vertellen. Top drie's hier onder graag ... -

Kandidaat 1:


Kandidaat 2:


Kandidaat 3:


Kandidaat 4:


Kandidaat 5:

Deze beeldjes hebben geen groot verhaal achter zich, maar ze verdienen wel een vermelding. Gewoon, omdat ze mooi zijn.







(voor de non-grieken: boven de deur staat: 'Voor hen die rechtvaardig zijn.' Ik moest glimlachen toen ik deze foto nam.)

vrijdag, augustus 19, 2005

Balthazaar Bosduif gaat op vakantie

Zo. Dan weten jullie dat ook weer.

Heel, héél misschien hoor je nog wel iets van me van uit het zonnige (eindelijk!) Corfu. Maar laat ik jullie al waarschuwen: ik heb vreselijke reputatie als het op 'vakantienieuwtjes uitwisselen met het thuisfront' aankomt. Hoogst waarschijnlijk is het hier acht dagen doodstil.

Ik neem wel pen en papier mee en je weet maar nooit ... misschien komt er wel wat moois van.

Tot later! Ah ja ... das nogal wiedus ...

Balthazaar Bosduif brainstormt met F.

Ik zat met Folker (BI & IB) op het terras van een gezellig Antwerps cafétje. We dronken het een en het ander en we spraken over de ditjes en datjes des levens. Het was een warme gezellige avond. De mensen op straat droegen dunne stofjes en gingen niet echt ergens heen. Het leek bijna zomer.

Als je met Folker praat, vallen de woorden 'held' of 'het redden de wereld' nogal vaak op tafel. Ik denk dat hij nog steeds stiekem zijn wekker zet en in het midden van de nacht op zijn balkon gaat staan. Want als je maar genoeg probeert dan kan je misschien wel vliegen. En dan ... op naar het kwaad!
Folker is net als ik ergens blijven steken in zijn jeugdverbeelding. Hij wil nog steeds superheld worden en ik prinses. Ik geloof dat we elkaar daarom wel begrijpen.

Ik weet niet meer hoe of waarom het ter sprake kwam, maar op bizarre wijze stootte ons gesprek op een oude bekende: Blaadjesman, superheld omringt door een wervelstorm van verdorde beukenbladeren. Je kan hem al van ver horen aankomen, zo luid en bedreigend ritselt hij. En wanneer Blaadjesman met zijn alles verslindende hoos nadert, sidderen alle boosdoeners en zijn vijanden. De bladeren knisperen: 'Ga heen! Vlucht! Verdwijn! Of er staat u een droevig lot te wachten.'

Natuurlijk kon zijn entourage niet ontbreken. We bestelden nog een kop koffie en een warme chocomelk en lieten onze hersens kraken:

Denneappel: Een elegante duellist. Zijn pantser van denneappelschubben is onkreukbaar en zijn prikkende riek heeft geen medelijden voor wie zijn straf verdient heeft. Maar deze man kent de grote wijsheid van rust en vergeving. Kleine diefjes leidt hij naar het goede pad, echte schurken leven niet lang.

Eikel: De forse man, een tikkeltje impulsief maar met een trouw hart. Redder van de wereld op het gebied van natuurrampen, bomaanslagen en andere akkefietjes. Menig mens heeft zijn leven aan deze lamme goedzak te danken. Zelf begrijpt hij niet goed waarom.

Spar: De dame van het gezelschap en ze is niet verlegen om haar vrouwelijke vormen te misbruiken. Met haar naaldpakjes (en hakjes) of met haar geslepen tong bracht ze al meer mannelijke monsterbreinen op hol. Na haar werkdag ligt ze het liefst languit in haar sparrezetel naar een donderende actiefilm te staren. Zo houdt ze haar 'actionmoves' up to date. Misschien heeft ze ze ooit wel eens een keer nodig.


Meteen klaar om naar de bioscoop te gaan, toch? Dat moet echt een hilarisch avontuur worden, 'Pinkeltje'-style. Voor alle leeftijden natuurlijk en met een heleboel special effects. Hehe, zo praten we ook eens een keer over de natuur.

zaterdag, augustus 13, 2005

B. Bosduif praat over Toots Thielemans

Ik zat in de grote tent van Jazz Middelheim naar Toots Thielemans te luisteren. Plotseling begon mijn tas te trillen. Ik had een sms van een vriend:

'Zalig! Thx.' Ik had gezegd dat hij Klara moest aan zetten. Tootsie werd daar live uitgezonden. 'En gy vind dit niet goed?? Is zéér goed!'
'Ik zal het nog wel een keer uitleggen.' stuurde ik terug 'Toots is een moelijk geval.'

Ik denk dat zelfs de grootste mopperkont geen slecht woord kan bedenken over de verschijning 'Toots Thielemans' of zijn muziek. Toots is volgens mij knettergek. Die man is zo vrolijk. Als hij naast een noot blaast, giechelt hij als een klein meisje dat met haar roze jurkje in de modder staat te springen. Toots is ook zo emotioneel, zo liefdevol. Hij is alles en iedereen dankbaar. Het aantal keren dat hij tijdens een concert naar zijn hart grijpt is haast ontelbaar. Waren er maar meer mensen zoals hij. Een voorbeeld! Deze man is een voorbeeld!


De muziek van Toots is wereldklasse. Elk lid van zijn eenmalig quartet was stuk voor stuk een klassebak. Top of the bill. Crème de la crème. De nummers waren meesterwerkjes die je in je hart troffen en er een zoen op gaven. Op het einde zat ik langs mijn ogen te vegen. Wat zou jij doen als een man van over de tachtig met een trillende stem zegt: 'En deze is voor Louis Armstrong' en er dan een ballade van jewelste uitgooit? Zou jij het dan droog houden? Ik denk het niet.

En ondanks alles heb ik het af en toe moeilijk als ik naar Toots Thielemans zit te kijken.

Ik kan helemaal niet tegen de massahysterie die rond zijn persoon hangt. Vandaag heeft hij 4 staande ovaties gekregen (+ 2 van het eerste optreden= 6 op 1 festival). Ik denk dat het niet veel had gescheeld of de oma naast me had haar slipje uitgetrokken en om zijn oren gesmeten. Kom op jongens, Toots Thielemans is niet het enige bewonderingswaardige op de jazzscène. Er zijn zoveel interessante groepjes die met andere, nieuwe dingen bezig zijn. Die horen ook wat aandacht te krijgen. Op een of andere manier vind ik Toots aanbidden net wat te gemakkelijk. Te veel andere talenten blijven achter dit stuk klassieker verborgen. Zo jammer.

Ik krijg ook wrange gevoelens als de presentator hem aankondigt met: 'En hier is hij dan, geef hem een groot applaus ... 'Onzen' Toots!' Dan zit ik met mijn oren ergens tussen de enorme donderwolken te grommen. Bah, dat vind ik nu het meest belachelijke staaltje chauvinisme dat je kan weggeven. Alsof alle belgen een stukje Toots Thielemans in zich dragen, omdat ze dezelfde koning hebben of op hetzelfde stukje land zijn geboren. Natuurlijk begon het publiek te springen en te dansen toen 'Onzen Toots' glimlachend het podium opstommelde en zei dat hij blij was nog een keer in België op te kunnen treden. Hé, hij is een jazzmuzikant, geen prins. Die zijn geboren om de belangen van België te verdedigen. Stop nu eens met aan hem te sjorren en laat hem gewoon spelen op zijn mondharmonica. Dan kan ik genieten, wat mij net wat belanglijker lijkt dan gezeur over een nationaliteit.

Maar wil je weten waarom ik echt niet graag naar Toots Thielemans kijk? Omdat hij oud aan het worden is. Hij trilt, begint een beetje raar te praten, hij gooit dingen omver. De blik in zijn ogen begint een beetje kinds te worden. Ik krijg er medelijden van. Soms wil ik hem een rustige oude dag toewensen, in plaats van zo vaak door een donderend publiek bejubeld te worden. Dat moet toch niet goed zijn voor je 83-jarige hart, denk ik dan. Serieus, als ik Toots Thielemans zie optreden verwacht ik bijna dat hij plotseling van zijn hoge stoel zal vallen en niet meer zal wakker worden. En dat wil ik niet. Deze man is te fantastisch om dood te gaan.

Balthazaar Bosduif is alleen

Ik doe af en toe dingen alleen en dat stoort me niet. Meestal gaan die uitstapjes in de richting van theater, een concert of een bioscoop. Dan neem ik een boek mee om de stille minuten mee te doden. Daarna hoor je je mond te houden en te genieten. Daar heb ik niemand voor nodig. Ik red me wel.

Alleen zijn voor eventjes is geen ramp. Maar dagen je mond houden, dat had ik toch onderschat. Als je een uur moet wachten tot het volgende concert begint en je uit ververling naar gezellig kletsende voorbijgangers zit te staren, dan ga je je toch een beetje zielig en jaloers voelen.

Jazz Middelheim is nu niet meteen mijn festival om vrienden voor het leven op te rapen. Laat ik het zo stellen: de doorsnee jazzliefhebber is blijkbaar niet echt van mijn generatie. Je hoort er wat grijze haren voor te hebben, een vrouw en een elegant pak. Ik leg blijkbaar wat moeilijker contact met die mensen. Ze zitten daar zo stijf en deftig op hun stoeltje en applaudisseren hun handen stuk -O kijk schat, daar is de snor van Toots Thielemans weer, laten we maar snel extatisch klappen-, terwijl ik me liever even laat gaan op een stukje vrije vloer.

Vijf dagen is lang. Zeker als je constant tegen iemand wil brullen hoe fantastisch het wel is. En dan glimlacht er niemand terug vol enthousiasme of puur geluk. -Dat zijn toch echt de allermooiste lachjes- Natuurlijk kan je het later gaan beschrijven, maar het is nooit even overtuigend. Je hebt een getuige nodig. Iemand die je kan bijvallen.

Kortom, ik moet dus heel dringend opzoek naar een Jazzvriend om me gezelschap te houden. Maar hemeltje, waar ga ik die vinden?

woensdag, augustus 10, 2005

Balthazaar Bosduif is een watje

Vandaag werd het me weer op de neus gedrukt: ik ben een softie. Een meisje dat nog steeds niet uit haar 'ik wil een prinses/ballerina zijn!' fase is ontsnapt. Iemand die bang is als ze net wat te hard onderdruk wordt gezet en dan in een heel ver in een hoekje gaat pruilen. Nee, een harde tante kan je me zeker niet noemen.

Ik ging een lesje 'Aerobox' meedraaien. (Dat is die 'ik mep die rode bokszak even van het plafond'-sport die je vaak in Amerikaanse feuilletons ziet) Mooi, dat had ik nog nooit gedaan en een Bosduif staat altijd open voor wat nieuws. Of dat dacht ik toch.

Het ging al meteen fout. Ik duwde de deur open en het eerste wat ik zag, waren drie afgetrainde fitnessjongens die hun vingers lieten kraken door hun handschoenen heen. 'Rennen' zeiden mijn reflexen 'dit is veel te stoer voor jou! Ga met je poppen spelen!'. Maar nee, ik moest dapper zijn en doorzetten.

Ik denk dat ik het maar een halve opwarming heb volgehouden. Doodsbang was ik van die bonk spieren die ons liet rennen, pompen, springen, pompen, rennen (sneller! sneller!) op een tempo waar een Bosduif spontaan van zou beginnen janken. Ik keek even snel om me heen, maar niemand anders leek echt onder de indruk van hun fysieke inspanningen.

Ik voelde mijn zelfbeeld krimpen tot die van een kabouter. Was ik dan zo'n watje? Liet ik me zomaar intimideren? Had ik dan geen klein beetje volhoudingsvermogen? En op dat moment bleek de bonk spieren een aardige vent te zijn. 'Je hoeft je niet te forceren, hoor.' zei hij 'je bent nieuw hé?' Ik knikte. 'Doe maar rustig' zei hij.

Ik liep nog een rondje of twee en daarna had ik er genoeg van. Dit was niks voor mij. Ik zwaaide een keer naar de gezellige leraar en sloot de deur achter me. Het is weer bewezen: een roze tutu en wat stretchoefeningen, daar teken ik voor.

'Morgen BBB' las ik op het prikbord toen ik naar de douches liep. Ik denk dat ik dat nog wel aankan.

maandag, augustus 08, 2005

Balthazaar Bosduif houdt het kort

Ik loop al heel lang met een stukje over cabaret in mijn hoofd rond, maar het komt er nooit van. Te druk, te moeilijk, geen zin. Dat gedoe.
Maar vandaag las ik iets dat echt wel cabaretesque was. Of beter gezegd: iets voor Theo Maassen. Man, wat ben ik fan van die man ...

Maar soit, dat is voor later.

In zijn show laat hij zich nogal vaak uit over domme 'officiële' opmerkingen op voorwerpen:

"Ibuprofen: niet geschikt voor mensen die overgevoelig zijn voor ibuprofen." Of "Coca cola, geproduceerd met de toestemming van de Coca cola Company."

Nu heb ik er zelf eentje gevonden. Ik zat op de tram en las de achterkant van mijn Jazz Middelheim ticket (Jahaa! Jahaa!). Er verscheen een glimlach op mijn gezicht toen ik bij de laatste regel kwam.

Gelieve dit ticket niet bloot te stellen aan een warmtebron.

Om even als Op z'n Maassens te reageren:

Ja, nee, hoor, mevrouw van de kassa, luister nu even. Ja, ik heb het in de fik gestoken. Ik moest toch even kijken of het goed brandde! Misschien brandde het wel beter dan die 100 euro die ik er aan heb gegeven. Hoezo ik? Pyromaan? Hoe durft u!

zaterdag, augustus 06, 2005

Balthazaar Bosduif zet de bloemetjes buiten

(Alle fotografische eer gaat naar Flavour Lemon)

Ze zijn heel erg zeldzaam, die nachtjes waar je jezelf uit het dak danst. Zo los in je lichaam zitten dat je echt niet meer weet wat voor vreemde bewegingen je maakt. Maar dat kan je geen bal schelen. Iedereen om je heen zit als een gek heen en weer te kronkelen. Die energie die in de lucht hangt, de uitgelaten sfeer. God is een DJ en wij zijn de engeltjes. Man, ik hou van dat gevoel.

Ik hou van rondkijken op goede feestjes. Opzoek naar interessante dansers, hyperkinetische op-en-neer springers, knappe passanten of gewoon genieten van het interieur en de held op het podium. Ik denk niet dat ik de meest sociale feestganger ben, het grootste deel van de tijd sta ik met mijn rug naar mijn vrienden toe.

Daar bovenop ben ik ook nog een ontzettend luie danser. Meestal zoek ik de traagste melodie/ritme in de mix en daar sta ik dan op heen en weer te draaien met mijn ogen dicht. Mijn 'goeroe'move, hij danst best gezellig. Het enige nadeel is dat als je tussen de drum'n base lijven zit, je tegen iedereen opbotst. Ach ja, zo ben ik gemakkelijk te vinden in de massa.

Maar goed, waarom ik dit stukje schrijf:

Petrol Deluxe is weer begonnen! En wij waren er meteen bij. Het was om je vingers bij af te likken: aangenaam volk, aardige zigeuner pasta, Jack in the box, Tom Barman en vooral die ruige, experimentele elektro in de nieuwe coole 'Blokhut Room' (of dat is toch wat wij er van maakten). Meer moet je niet hebben. Geen loom gedoe in Petrol, maar meteen de beuk erin. Dansen tot de zon opkomt, ja ik kan het nog! Ik moet zelfs toegeven dat ik een paar druppels zweet heb verspilt die nacht. -Een feestje is pas goed als ik zweet, zegt een droge Bosduif altijd- Nu al het optreden van het jaar en we zijn nog maar pas begonnen ...

Volgende week vrijdag: Marc Moulin, Fauna Flash (Compost), Lefto, Brass Monkey en dan ben ik nog niet uitgepraat. Dat belooft! Wie gaat er mee?

donderdag, augustus 04, 2005

Balthazaar Bosduif heeft vreemde dromen (2)

Plotseling stond ik aan de rand van een zwembad. Mensen zwommen tussen de brokstukken die dreven op vuil water. Af en toe schommelde er een felgekleurde strandbal voorbij. Meisjes gilden en giechelden, zoals ze dat in een zwembad doen. Ik stond er een tijdje naar te kijken. Alles was grijs. Ik keek naar boven, zelfs de lucht was vuil.

Er liepen constant mensen langs me voorbij. Ze leken verkleed of misschien waren ze gewoon van die typische griezelverschijningen. Een heks met een bleke huid en wrattige neus, een zwerver met bloeddoorlopen starende ogen, een dode en toch levende verroeste ridder, doorschijnende meisjes met vuile witte jurkjes, je kent ze wel. Sommigen hadden blikjes bier of een zak chips in hun handen. Eentje liep rond met een booster op zijn schouder, er kwamen alleen heel gedempte bassen uit. Ik probeerde de griezels te ontwijken, maar het werden er meer en meer. Ik botste tegen iemand op. Een flits van angst ging door me heen, alsof ik zelf ook in zo een wezen zou veranderen.

Ik begon van het zwembad weg te lopen, tegen de mensenstroom in. Boven de massa rees een grote grijze loods op uit het niets. Het begon te miezeren toen ik me door de deuropening wrong. Ik hoorde de regen op het dak. Binnen liepen ongeveer dezelfde vreemde verschijningen af en aan. Ik volgde een vuile regenjas die met twee trappen tegelijkertijd naar boven ging. 'Naar boven, naar boven' zei mijn instinct.

Helemaal boven was er een feest, maar de muziek en het geroezemoes leken nog steeds van heel ver te komen. Ergens in een hoekje stond een jongen, alleen. Hij stak een sigaret aan en keek de rook na, achteloos alsof hij iedere voorbijganger verachtte. Zijn gezicht was kraakwit wat zijn lippen een bloedrode keur gaf. Er viel bruin haar over zijn rooddoorlopen ogen.


Ik staarde hem aan. Hij viel op. Hij droeg een rood jasje. Alles om hem heen was dof en grijs. Ik wist niet zeker of ik bang was of hem bewonderde. Hij keek terug.

Met veel moeite wrong ik me tussen de ruggen door. Ik zag hem niet meer. Hij was verdwenen in de massa. De sigaret lag nog te smeulen op de trapleuning. Ik stak hem tussen mijn lippen en wachtte tot hij terugkwam. Het duurde niet lang.

Hij staarde me aan en stak zijn hand uit. In zijn ogen zat een spottende blik. Ik gaf hem zijn sigaret terug. Mijn hand bleef even in de lucht hangen en hij greep mijn pols. Langzaam bracht hij mijn vingers naar zijn mond en toen ...

Toen beet hij mijn vingertop eraf. Het kraakte als een chipje.

dinsdag, augustus 02, 2005

Balthazaar Bosduif zegt sorry

Het spijt me. Het spijt me. Het spijt me. Het spijt me. Het spijt me.

Ik ben al ongeveer een week bezig met stukjes verzinnen. Titeltjes en onderwerpen bij de vleet, maar het maakt niet uit met wat ik begin, steeds weer wordt het saai of zijn het een heleboel foto's waar ik drie woorden onder kan zetten. En als het dan een beetje de goede kant uitgaat, komen de woorden maar op een slakkengangetje. Ik word er een beetje gek van.

Ik denk dat ik last heb van een overdosis vakantierust. Niet dat ik me verveel hoor, maar alle dingen die ik doe zijn zo ... eenvoudig en bedaard. Zoveel prachtige momenten, maar ik kan er geen blad mee vullen. Wil je weten wat er zowat gebeurd in mijn leven? Ik kan het zowat opsommen:

* Fantastische dagen met Simon en Fros: gezellig dineren, 'gaten in de markt' verzinnen, op komen voor 'the underdog' chocolade reep 'nougatine' -zo lekker!-, of gewoon lekker te bernochillen en flipperkassen. Jongens, wat zou ik toch zijn zonder jullie?

* Nog steeds verliefd, elke dag net ietsje meer. Hoe langer ik erover praat, hoe erger het wordt. Ik kan er dus maar beter mijn mond over houden.

* Bosduif is hipper dan hip. Een prachtige nieuwe bril gekocht, 'Dame Edna'-style en toch weer net niet. Hmm, ik hou van fashionherrie schoppen.

* 'Harry Potter and the Half-Blood Prince' voor de tweede keer gelezen. Nog steeds tranen met tuiten en achtergebleven met een heleboel ideeën en theorieën. Bewondering alom, deze keer nog meer getroffen door Snape. Nog nooit heb ik iemand tot een zo onvoorspelbaar personage zien evolueren. Heeft er iemand interessante voorspellingen om te delen?

* Vakantiewerk gevonden! Ik moet me nog door een heleboel papieren en testen heenwerken, maar ik ga niet ontkennen dat ik al uitkijk naar het saldo van mijn bankrekening eind september.

Moet ik nog doorgaan? Nee, ik geloof niet dat opsommingen echt interessant zijn. Maar kom, er staat iets. Dan staart die 'zondag 24 juli' met niet meer zo aan. Dit zijn dingen die je eigenlijk beter niet op je weblog zet. Ze maken niet zo'n goede indruk, maar ik kan het echt niet helpen.


Het spijt me. Het spijt me. Het spijt me. Het spijt me. Het spijt me.