vrijdag, november 25, 2005

B. Bosduif schrijft een hapje tussendoor (LC)

Ik sta voor mijn raam en kijk naar beneden. Wel stoer, naar beneden kijken en blijven staren. Beetje filosofisch, als je er maar lang genoeg staat. Of dat maak ik mezelf toch wijs. Ik sta hier. Zie naar mij. Ik ben een filosoof.
Ik zie. Meneer met Hond. Natte plastic zak. Stront.
Nee, ik krijg hier geen gedachten. Ik ben alleen onrustig. Eigenlijk heb ik zin om te ijsberen. Een beetje heen en weer lopen om dat gevoel uit mijn lijf te krijgen.
Verdomme. Het jeukt. Ga weg.
Ik blijf zitten. Eenzame opa, opgefokte racekar, stilte. Ik wil sigaretten. Blijven, zegt mijn gevoel. Nog even. Ze is al veel te lang weg. Ze moet maar om de hoek zijn. Nee, nee niet denken. Nergens aan denken. Wie zou ze zijn tegengekomen? Te veel voorstellingen. Waar zijn die sigaretten? Wacht, daar is ze! Ze is zo schoon. Zo schoon. Haar haar van onder die muts. De manier waarop ze met haar zak zwaait. Het brood steekt er uit. Ik heb ook nog niet gegeten.

Ik fluit op mijn vingers. Ik heb er meteen spijt van. Het klonk zo hard en schel. Ik wil niet stoer zijn, nu niet meer. Ik wil haar. Wil ze mij? Ze kijkt omhoog en lacht. Ik gooi er iets uit. Knipoog, bibberlach, zwaai. Iets daar tussenin. Ze zwaait terug en steekt haar sleutel in het slot.
Rap. Raam dicht. Het is verdomme koud. Ik had wat moeten aantrekken.
De deur. Straks loopt ze hier voorbij. Mijn deur blijft dicht. Potdicht. Zo wanhopig ben ik nu ook weer niet. Haar hakken komen. Naar boven. Nog hoger. Waar blijf je?
Ze zingt. Iets onmelodisch. Hier en daar een noot. Conservatoriumstudente. Fluit. Ik woon onder haar. Niks anders dan toonladders. Op en af. Af en op.

Ik laat me languit op mijn bed vallen en rol wat tabak bij elkaar. Eindelijk. Ik kijk de rook na. Haar passen kraken uit mijn plafond. Zo is het begonnen. Kraken. En ik maar verzinnen. Wat ze deed. Wat ze droeg. Wat ze dacht. Ze zei niet veel in het begin. Beleefd. Klein ook. Mooie borsten. Mysterie. Glimlachte af en toe in het niets. Putjes in haar wangen. Godverdomme! Iets anders, iets anders. Denk aan wat anders.


Ik. Moet. Iets. Doen. Broek aan doen. Deur open doen. Wacht, waar ga ik naar toe? Mijn benen lopen naar boven. Oké. Babbelen. Moet kunnen. Speel jij graag fluit? Nee. Dom. Ik heb ook honger. Nee. Shit, mijn benen gaan te snel. Ik vind u mooi. Ik hou van u. Kus mij. Wie zegt dat nu? Kut.
Ik sta voor haar deur. Binnen is het stil. Maak dat je weg bent. Het schreeuwt in mij. Ik draai me om. De trap af. Nee, toch niet. Doe wat. Eender wat. Terug naar boven. Haar deur. Ze zit daar achter, brood te eten. Komaan, zo erg is dat toch niet. Klop. Ik klop.
‘Ja?’ vraagt ze. De deur blijft dicht. ‘Ja?’
Shit, wat ga ik zeggen. Kortsluiting. Ik gooi mezelf de trap af en ben nog verbaasd dat ik op mijn voeten terecht kom. Mijn kamer in.
AAAAAAAAAAAH. In stilte.

Haar hakken over de vloer. De deur? Rustig, rustig aan. Blijven staan. Adem in. Adem uit. Ze komt naar beneden. Muziek. Zet muziek aan. Dan lijkt het alsof je …
Er wordt op de deur geklopt. ‘Ja?’
Haar hoofd om de hoek. ‘Heb jij daarnet op mijn deur geklopt?’
‘Nee dat was ik niet.’
‘Oké.’ Ze trekt de deur weer dicht.
Verdomme.

4 reacties:

Blogger Folkertje zei...

Slechts twee opmerkingen:
ten eerste is het 'Niks anders DAN toonladders' (for shame).
Ten tweede vind ik dat je iets te veel punten gebruik in de eerste paragraaf (maar dat is stijl).

Voor de rest vind ik het enorm leuk; veel emotie, gemakkelijk in onder te dompelen, herkenbaar.

Goed.

5:30 a.m.

 
Blogger karin r. zei...

:-) Wat had er gebeurd als je 'ja' had gezegd, vraag ik me dan af!

10:51 a.m.

 
Blogger bosduif zei...

Ik ook. Waarom doen wij altijd zo stom?

2:33 p.m.

 
Anonymous Anoniem zei...

Ik wil weten wat er daarna komt! Ik ben veel te nieuwsgierig voor open eindes!

4:54 p.m.

 

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage