maandag, januari 16, 2006

Balthazaar Bosduif ontmoet een geestverwant

Ik stond buiten met een beetje uit te puffen van mijn vierde examen. 'Literaire Genres', een behoorlijk interessant vak. Het leerde als een trein, ik had er niet zo heel veel moeite mee gehad. Mijn hand was nog een beetje verkrampt. Voor één keer niet door te veel stress, maar omdat ik op dit examen te veel tegelijkertijd wou schrijven. Ik was verdacht vroeg klaar, maar daar ging ik niet te hard over nadenken.

Goed, daar stond ik dus een beetje te dralen aan de uitgang, te wachten op een paar vriendjes om mijn sociale spasmen -zo gaat dat met examens- mee te gaan vervullen. Ik wilde nog niet terug naar die papierrimboe.

Aan de andere kant van de elektrische deur stond een jongen, die duidelijk ook van mijn aard was. Hij stond een beetje naar hier en naar daar staren met zijn handen in zijn zakken. Ik overwoog wat te zeggen. Het is niet zo gemakkelijk om naast elkaar te staan niksen. Sociale druk, alsof je met twee in een bushokje staat te wachten.

‘En hoe ging het bij jou?’ Hij was me voor geweest.
Ik lachte en knikte peinzend, dat is een nederig ‘waarschijnlijk geslaagd’ in de universiteitscode.

‘Ik vond narratologie nog heel goed meevallen.’ gooide ik er boven op. (Narratologie is de analyse van proza en daar kan ik mijn vingers van aflikken. De meeste mensen vloeken narratologie de hel in.) ‘Ik vind narratologie leuk.’ zei hij, een erg spitsvondig antwoord van hem, zo'n opmerkingen maken meteen indruk.
'Ellen' zei ik.
'Geert’ zei hij.
Hij zag er verwaaid uit, een beetje een regisseurstype. En nog sympathiek ook ... We staarden voor ons uit, een tikkeltje uit ons lood geslagen door die stijve beleefdheidsregels.
‘Het lijkt op wat ik vorig jaar in St. Lukas leerde.’ zei hij na een korte stilte.
‘Heb jij ook film gedaan?' vroeg ik stomverbaasd, 'Ik heb op het Rits gezeten.'
‘Een jaartje. Waarom ben jij gestopt?’ hij glimlachte en waaierde een paar vrienden weg.
‘Te weinig scenario.’
‘Bij mij ook.’
Nu brak mijn klomp pas echt. We stonden een beetje dom naar elkaar te grinniken.
‘Gek.’ zei ik.
‘Behoorlijk.’ antwoorde hij.

Er is blijkbaar toch een voordeel aan examens. Je ontmoet er nieuwe mensen mee. En met wat gelukkig toeval iemand die je best wel beter wil leren kennen.

1 reacties:

Blogger Folkertje zei...

Niet eerlijk, ik ben nog altijd niemand tegengekomen die zelfs maar geregeld computerspelletjes speelt. Ofwel verstoppen ze het allemaal, net zoals het schrijven...

2:13 p.m.

 

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage